Toen op 18 mei 1940 de oorlog uitbrak werd het Belgisch goud - van de Nationale Bank (1) - per trein vanuit Brussel naar Oostende overgebracht om van daaruit per schip naar London.
Een aantal gendarmen dienden het transport van het goud te bewaken en zijn aldus meegereisd naar Engeland.
Ook Generaal VANOVERSTRAETE was in opdracht van Koning Leopold III in Engeland aanwezig toen de oorlog uitbrak. Hij moest er de samenwerking regelen tussen het Engels leger en de Belgische strijdkrachten. De Engelsen hadden toen niet veel goesting om de Belgen te helpen.
De Belgische Rijkswachters die het goud moesten bewaken zijn daar gebleven. Toenmalig Luitenant van de Rijkswacht STAELMANS (2) die naar Engeland was gevlucht, werd er door de Belgische regering in ballingschap aangesteld tot "hoofd van het Rijkswachtdetachement". Dit detachement omvatte een 20 tal rijkswachters en hun opdracht was deze van militaire politie bij de opgerichte bataljons Brigade PIRON, SAS TROOPERS onder de leiding van Kapitein BLONDEEL en COMMANDO'S onder leiding van Kapitein DANLOY. Ook hebben die gendarmen de Belgische regering beschermd in ballingschap.
*****
(1) De nationale bank is de bewaarder van het Belgisch goud. Zo is iedere frank of nu elke € gedekt voor een zeker percentage goud.
(2) Luitenant STAELMANS werd later als Luitenant-Kolonel, commandant van de 1 Mobiele Groep te GENT, juist voor de latere Luitenant-Generaal DENEVE, Commandant van de Rijkswacht.